De Spaanse justitie in Pamplona toont deze dagen opnieuw haar ware, rechts nationalistische, francofonische en mannelijke aard. Een groep van vijf mannen, waaronder een militair en een Guardia Civil en die zichzelf Manada (wolvenroedel) noemen, werden kortgeleden veroordeeld tot negen jaar gevangenisstraf omdat zij een jonge vrouw volgens de rechters seksueel hadden misbruikt. Zij werden niet veroordeeld wegens verkrachting, hoewel zij de vrouw met zijn drieën tegelijkertijd penetreerden, want de video ‘bewees’, volgens de rechters, dat de vrouw geen weerstand bood en er van zou genieten. Bovendien heeft de misdaad geen invloed op de carrières van de Guardia Civil en de militair, want zij misbruikten de vrouw in hun vrije tijd. (Zoals wettelijk geregeld, worden zij voor 70% van hun salaris doorbetaald tijdens het uitzitten van hun gevangenisstraf.) De daders komen nu voorlopig vrij met een borgsom van 6000 Euro’s, tot de definitieve uitspraak valt, omdat zij niet vluchtgevaarlijk zouden zijn en niet nogmaals zo’n misdaad kunnen begaan. De ontsteltenis onder de Spaanse samenleving is bijzonder groot toen dit gister bekend werd gemaakt. In Pamplona en andere Spaanse steden ontstonden spontaan protestmanifestaties. Het argument van de rechtbank om hen voorlopig vrij te laten is dat de daders niet meer in hun misdaad kunnen terugvallen want zij wonen 500 kilometer ver van het slachtoffer vandaan. Daarnaast zijn hun gezichten in geheel Spanje bekend genoeg om er voor te zorgen dat zij niet nogmaals iemand zullen verkrachten. Ook bestaat er geen gevaar voor vluchten omdat zij daar de financiële middelen niet voor hebben. De argumenten van de rechtbank zijn ronduit onthutsend en schandalig. Niet alleen voor het slachtoffer, maar voor de gehele Spaanse samenleving waar men een groot maatschappelijk probleem heeft met het mannelijk geweld tegen de vrouw. Deze week viel er opnieuw een dodelijk slachtoffer als gevolg van een echtelijke ruzie.
Hoe valt deze gerechtelijk beslissing te rijmen met de aanklacht wegens terrorisme tegen de jongeren in Atsasu? Zij worden veroordeeld voor elf jaar gevangenisstraf voor een caféruzie met twee leden van de Guardia Civil die daar buiten hun diensttijd en in burgerkleding hun vrije tijd doorbrachten en de jongens provoceerden. Maar volgens dezelfde rechtbank is een Guardia Civil altijd een overheidsdienaar, zelfs in zijn vrije tijd, die niet beledigd of aangevallen mag worden.
Hoe valt dit te rijmen met de kunstenaars en zangers die óf gevangen zitten óf Spanje hebben moeten ontvluchten omdat zij voor hun kunstwerk en liedjes worden aangeklaagd voor het aanzetten tot terrorisme of belediging van het koningshuis? Spanje staat met betrekking tot gerechtelijke vervolgingen van kunstenaars op nummer één op de wereldranglijst, boven China.
Hoe valt dit te rijmen met de gevangen en in ballingschap verblijvende Catalanen? Zij wilden niets anders dan op democratische en vreedzame manier, en in overleg, een referendum over de Catalaanse onafhankelijkheid organiseren. De beide Jordi’s, de leiders van de burgerbeweging ANC en Omnium Cultural, zitten sinds afgelopen Maandag acht(!) maanden gevangen en, geheel tegen het internationale recht in, op 600 kilometer gescheiden van hun families.
Dit valt alleen maar te verklaren omdat de rechtelijke en de uitvoerende macht onder één hoedje spelen. Het probleem is dat beide overheidsinstellingen nooit zijn vernieuwd na het Franco regiem. Alles is precies hetzelfde gebleven als toen Franco met dictatoriale hand over Spanje de scepter zwaaide. De Guardia Civil, de Spaanse vorm van nazi SS, had moeten worden opgeheven na de voering van de Spaanse oorlog en haar veertig jarige terreur tegen de bevolking daarna. Rechters van en tijdens het Franco tijdperk zouden moeten zijn verwijderd na de instelling van de Spaanse democratie in 1978. Niets werd echter veranderd, met name in de hoogste regionen van de Spaanse rechtspraak. Nog steeds zitten daar rechters die in zwart-wit termen denken, ‘wij’ (rechters, politie, sommige politieke partijen) en ‘zij’ (het volk, communisten, separatisten, republikeinen). Dat is de enige verklaring voor de voorkeursbehandeling die criminele politie-en militaire eenheden en ultra-rechts nationalistische groeperingen krijgen, keer op keer en systematisch, en de minderwaardige behandeling van de gewone man van de straat, met name wanneer het andersdenkenden betreft.