Vrij en ongecontroleerd geweld door de Spaanse politie

Maandag was er een politieke bijeenkomst in het ‘Ateneum’ in het centrum in Barcelona. De pers was daar natuurlijk ook bij aanwezig. Hieronder bevond zich ook persfotograaf Jordi Borràs, gespecialiseerd in het vastleggen van de (meestal gewelddadige) acties van de extreem rechts Spaanse en fascistische beweging. Door zijn werk ontvangt hij met grote regelmaat (doods) bedrijgingen van deze extreem rechtse groeperingen.

Toen de fotograaf na afloop van de bijeenkomst over straat liep, werd hij aangevallen door een mannelijk individu. Deze sloeg hem zo hard dat Jordi, onder andere, zijn neus brak. Terwijl de aanvaller sloeg, riep hij: “Leve Spanje, leve Franco”. Jordi schreeuwde om hulp van de politie. Toen enkele omstanders de aanvaller wilden tegen houden, liet hij zijn badge van de Nationale Politie zien en zei: “ik ben zelf politie” en nam de benen. In zijn vlucht verloor hij een mes, dat hij waarschijnlijk op het punt stond om te gebruiken. Bij navraag bevestigde de Nationale Politie dat de aanvaller een administratief medewerker van het corps is en dat men onderzoek zal doen. Hij werd niet onmiddelijk uit zijn functie geschorst. Ook na vragen in het Spaanse Congres aan de minister van binnenlandse zaken is nog steeds geen enkele actie tegen hem ondernomen. Na enkele dagen blijkt dat de aanvaller niet slechts een administratief medewerker is, maar een hoge inspecteur, gespecialiseerd in ‘informatie’ over terroristische bewegingen. Jordi Borràs heeft een aanklacht bij de Catalaanse politie tegen hem ingediend. Tegelijkertijd diende de aanvaller ook een aanklacht tegen Jordi in bij zijn eigen corps. Hij verklaart daarin dat hij door Jordi werd belaagt.

Naast de lichamelijke schade heeft de fotograaf er dus een ander probleem bij. De Spaanse justitie beschermt doorgaans altijd de politie of de Guardia Civil. Het meest recente en onthutsende geval is de caféruzie in Altsasu. Enkele jongeren kregen daar ruzie met in burger geklede Guardia Civil die er in hun vrije tijd een biertje dronken. De jongeren werden door de openbaar aanklager verdacht van terrorisme tegen de Spaanse overheid. Zij werden uiteindelijk door het Hooggerechtshof van Navarra voor minder berecht met gevangenisstraffen van tussen de twee en twaalf jaar. Twaalf jaar voor een caféruzie! De redenering van dit gerechtshof is dat een Guardia Civil ten alle tijde in dienst staat en dus moet worden gezien als ruzie tegen het politiekcorps zelf .

Een ander recent geval is de groepsverkrachting van een 18 jarig meisje door, onder andere, een militair en een Guardia Civil. Dit gebeurde in Pamplona tijdens de festiviteiten San Fermin (de stierenloop) in 2016. Zij werden door het Hooggerechtshof van Navarra een maand geleden slechts veroordeeld wegens seksueel misbruik. De straf heeft echter geen effect op hun carrière. De redenering van het gerechtshof is dat de Guardia Civil en de militair “zich in hun eigen vrije tijd vermaakten” (dat staat er letterlijk zo) en dus niet in dienst waren. (U leest het goed: beide genoemde veroordelingen werden door hetzelfde Hooggerechtshof van Navarra uitgesproken.) Deze zes beesten, die zich ‘La Manada (de wolvengroep) noemen en de video’s van hun misdaad trots op het Internet laten zien, zijn op vrije voeten gesteld in afwachting van hun hoger beroep. Wel moeten zij zich wekelijks melden en mogen het land niet verlaten. Ondanks dat de Guardia Civil zijn ingenomen paspoort trachtte te vernieuwen, beschouwt de rechtbank van Navarra hem niet als vluchtgevaarlijk en laat hem vrij uitgaan. Zoals officieel vermeld in de Staatskrant van Defensie (BOD), zijn deze twee veroordeelde mannen weer in actieve dienst opgenomen.

Deze week leerden we dat de rechtbank in Barcelona 51 aanklachten nietig heeft verklaard tegen het politiegeweld op zes scholen tijdens het referendum van 1 Oktober. Ondanks al het foto-en videomateriaal en de medische rapporten kan de rechter de politieagenten door de ‘onduidelijke’ beelden niet identificeren en vind zij het politieoptreden proportioneel. Volgens het Centrum ter Bescherming van de Mensenrechten (Irídia) hebben zowel de openbaar aanklager, de politie als het Spaanse ministerie van Binnenlandse Zaken niets gedaan om meer informatie en duidelijkheid te geven.

De zogenaamde ‘orde-en veiligheidsdiensten’, zoals de Policia Nacional en de Guardia Civil zichzelf noemen, zijn vaak de agressor zelf en zij worden structureel door de gerechtelijke macht beschermd.

Met de aanklacht tegen de persfotograaf Jordi Borràs is het dus onzeker wat hem te wachten staat. Als financiële en morele steun wordt op de sociale media gesuggereerd om één van zijn fotoboeken te kopen. Onder andere zijn boek ‘Dies que duraran anys’ (verkrijgbaar in de Engelse vertaling ‘Days that will last for years’), dat gaat over de dagen voor, tijdens en na het referendum op 1 Oktober, is zeer de moeite van het lezen en kijken waard.


Posted

in

by