gepubliceerd op 8 Augustus 2024
(1900 woorden)
In mijn vorige schrijven uitte ik de hoop en verwachting dat de Catalaanse onafhankelijkheidspartijen Junts, CUP en ERC eindelijk weer een eenheid zouden vormen in hun strijd. Het is echter geheel anders verlopen dan gehoopt en verwacht.
ERC heeft na onderhandelingen met de socialistische PSC/PSOE partij een overeenkomst gesloten om haar voorzitter Salvador Illa president van Catalonië te maken. Daarmee breekt zij haar verkiezingsbelofte om nooit voor Illa of iemand anders van deze Spaans nationalistische en anti-Catalaanse partij te stemmen.
De talloze video ‘s op de (sociale) media tonen deze belofte aan. Het is vooral erg triest dat de partij momenteel juist door Marta Rovira wordt bestuurd. Door een gerechtelijke procedurefout van de Spaanse rechter wordt zij niet meer wegens terrorisme vervolgt vanwege het protest van Democratische Tsunami bij het vliegveld van Barcelona. Onlangs is zij na een ballingschap van bijna zeven jaar in Zwitserland teruggekeerd. De steun en financiële hulp die zij van de Catalaanse burgerorganisaties heeft gekregen, heeft haar er niet van weerhouden om de principes en beloftes van de partij te verbreken.
ERC is, althans volgens haar eigen interpretatie van het verdrag, overeengekomen dat Illa vanaf 2026 met de Spaanse regering van zijn partijgenoot Pedro Sánchez zal gaan onderhandelen over de financiële soevereiniteit van Catalonië. Daarmee zou Catalonië haar eigen belastingen kunnen innen en de Spaanse overheden betalen voor geleverde diensten en investeringen. De autonome gebieden Navarra en Euskadi hebben een dergelijk financieel model reeds jaren. Daarnaast hebben ERC en PSC/PSOE op talrijke andere gebieden overeenkomsten gesloten. Dit doet sterk vermoeden dat deze onderhandelingen reeds plaatsvonden lang voordat de Catalaanse ERC president Pere Aragonès het Parlament ontbond voor vervroegde verkiezingen.
Het lijkt echter uitgesloten dat Illa zal strijden voor de financiële belangen, of welke belangen voor Catalonië, dan ook. Om te beginnen had een vorige regering van de PSOE (die van Zapatero in 2006) dezelfde beloftes gedaan zonder dat deze ooit zijn nagekomen. Enkelen daarvan zijn toen zelfs in het Statuut van Catalonië vastgelegd. Daarnaast zijn zowel Pedro Sánchez als Illa fel gekant tegen (financiële) onafhankelijkheid van Catalonië. Met het fiscaal tekort tussen Catalonië en de rest van Spanje (belastinggeld dat Catalonië aan Spanje afdraagt en daar niet wordt besteed), van rond de 22 miljard Euro ‘s per jaar (oftewel 10% van het BNI), zou dat grote gevolgen hebben voor de financien van Spanje. Enkel presidenten van andere autonome gebieden hebben reeds geprotesteerd tegen de overeenkomst tussen PSOE/PSC en ERC.
Wanneer ERC eenmaal haar stem aan Illa heeft gegeven, zal het moeilijk, zoniet onmogelijk, zijn om hem tot aftreden te dwingen wanneer hij zijn beloften niet nakomt. Gedurende de afgelopen regeringsperiode heeft ERC zelf ook iedere poging van de oppositie geblokkeerd. Toen zij een regeringsovereenkomst met de CUP partij sloot en beloofde dat President Aragonès halverwege zijn regeringsperiode zich aan de vertrouwensvraag zou onderwerpen, kon deze ook niet worden afgezet toen hij zijn belofte niet nakwam. Nadat de regeringscoalitie met Junts werd verbroken, regeerde ERC met een minderheidsregering van 33 van de in totaal 135 zetels alleen verder zonder dat Junts en CUP hem konden dwingen tot aftreden. In April schreef Aragonés uit eigen beweging verkiezingen uit.
PSC/PSOE
De PSC was een Catalaanse socialistische partij. Zij heeft sinds 1978 tweemaal geregeerd. Toen de onafhankelijkheidsbeweging in Catalonië in 2010 groeide uit onvrede over de uitspraak van het Grondwettelijk Gerechtshof over het Statuut dat Catalonië geen Natie is, liepen veel leden van de PSC die zich overtuigd Catalaans voelen, weg uit de partij. Nadien is de PSC sterk ‘verspaanst’ en is verworden tot een Catalaanse afdeling van de Spaanse socialistische PSOE partij. Vandaar dat er weinig waarde kan worden gehecht aan de belofte dat Illa voor financiële onafhankelijkheid van Catalonië zal afdwingen bij zijn partijgenoot en president van Spanje, Pedro Sánchez.
Na het referendum besloot de Partido Popular, onder leiding van president Manel Rajoy, de autonomie van Catalonië op te schorten onder het mom van grondwetsartikel 155. Rajoy ontsloeg President Puigdemont, ontbond het Parlament en schreef nieuwe verkiezingen uit. Puigdemont week uit naar België vanwege de gerechtelijke vervolgingen. (Hij won trouwens opnieuw de door Rajoy opgelegde verkiezingen.) Rajoy ging met zijn actie tegen Catalonië veel verder dan artikel 155 toestaat. Deze zegt dat de centrale regering ‘haar wil aan een autonome regering kan opleggen wanneer deze rebelleert’. Maar het artikel laat geen mogelijkheid om een autonomie op te schorten. Bovendien laat het Catalaanse Statuut er geen enkele twijfel over bestaan dat alleeen en slechts alleen de President van Catalonië het Catalaanse Parlament kan ontbinden. Daarmee handelde Rajoy dus ongrondwettelijk. Voor de invoering van ‘grondwetsartikel 155’ had Rajoy de steun van de PSOE partij in de Senaat nodig. Zonder deze steun had Rajoy geen enkele mogelijkheid om ‘artikel 155’ in te voeren. Met de opschorting van de Catalaanse autonomie en de daaruitvolgende politieke vervolgingen is de PSOE dus direct verantwoordelijk. Presidentskandidaat Illa heeft in een interview laten weten dat hij volledig achter de uitvoering van grondwetsartikel 155 stond en vind dat deze zelfs eerder had moeten worden toegepast ‘zodat het Catalaanse probleem niet zover had kunnen komen’.
Onder de regering van Sánchez is de PSOE partij ook verantwoordelijk voor Catalangate: de massale en illegale spionages met behulp van de Pegasus software op de mobiele telefoons van Catalaanse politici, activisten en advocaten die hen verdedigen.
Salvador Illa
Illa is doctorandus in de filosofie. Hij begon zijn politieke carrière als burgemeester van het plaatsje La Roca del Vallès toen hij inviel voor zijn voorganger. Onder zijn hoede werd het, ook onder toeristen welbekende, outlet winkelcentrum La Roca Village gebouwd. Uiteindelijk werd hij als burgemeester afgezet wegens gebrek aan vertrouwen van de gemeenteraad. De politieke carrière van Illa wordt gekenmerkt door omkoop-en fraudeschandalen.
Tijdens zijn ministerschap van gezondheidszorg onder de regering van president Sánchez brak de Covid-19 pandemie uit. Onder de noodverordening ontnam hij de Catalaanse gezondheidszorg haar bevoegdheden en centraliseerde deze naar Madrid. Zijn Spaans nationalisme kwam tot uiting door zich op de persconferenties met betrekking tot de pandemie met de Spaanse vlag, militairen en politie te presenteren. Met zijn centralistische beleid werd beschermende kleding en ander noodzakelijke middelen door de Guardia Civil uit de ziekenhuizen in beslag genomen en overgebracht naar centrale depots. Het personeel in de Catalaanse ziekenhuizen en zorgcentra moest zich behelpen met vuilniszakken om zichzelf en patiënten te beschermen. Adviezen en smeekbedes van de toenmalige Catalaanse president Quim Torra om de pandemie af te remmen, zoals een beperking van het reizen vanuit Madrid (waar de Covid zeer sterk heerste), werden stelselmatig genegeerd. Hierdoor heeft de Covid pandemie veel meer slachtoffers in Spanje veroorzaakt dan nodig was. Zowel in Spanje als bij de Europese justitie loopt een strafrechtelijk onderzoek tegen Illa wegens fraude met de aankoop van mondkapjes en vaccinaties.
Puigdemont
Puigdemont heeft in de aanloop naar de Catalaanse verkiezingen van afgelopen Mei belooft dat hij de plenaire vergadering van het Catalaanse Parlament zal bijwonen wanneer een kandidaat, Illa, hijzelf of een ander, zich zal presenteren om president van Catalonië te worden.
Tijdens de verkiezingscampagne kon hij de Spaanse bodem niet betreden omdat daar nog steeds een aanhoudingsbevel tegen hem loopt. Hij kon zich daarom niet in het land presenteren, zijn regeringsplannen uitleggen en direct contact met de kiezers maken. De verkiezingen kunnen daarom, net als alle andere verkiezingen in Catalonië die sinds het referendum van 2017 plaatsvonden, niet als eerlijk worden beschouwd. Hoewel de amnestiewet (link in het Spaans) sinds 6 Juni van kracht is en binnen twee maanden alle gevallen die in aanmerking komen moeten zijn afgehandeld, weigeren de rechters van het Hooggerechtshof om Puigdemont en twee van zijn ministers (Lluís Puig en Antoni Comín, beiden in ballingschap in België) amnestie te verlenen. Alhoewel de openbare aanklagers van het Hooggerechtshof voorstanders zijn om Puigdemont amnestie te verlenen, houdt de tweede strafkamer van dit hof het aanhoudingsbevel tegen hem en zijn twee ministers in stand. In Spanje bestaat de vorm van een volksaanklager. In dit geval is dat de ultrarechtse politieke partij Vox. Deze eist dat Puigdemont moet worden aangehouden en bestraft. De rechters geven daarmee gehoor aan de de fascistische volksaanklager. Indien zij hem voor langere tijd gevangen houden, handelen zij volgens voormalig rechter van het Hooggerechtshof Martín Pallín om verschillende redenen tegen de wet in en begaan zij een misdaad van prevaricatie (verdraaiing van de waarheid). Voor het misbruik van overheidsgelden kan namelijk geen gevangenisstraf worden opgelegd. Voorlopige hechtenis is onnodig omdat Puigdemont zich altijd bij justitie, namelijk die in België, heeft gemeld en er dus geen gevaar bestaat dat hij voor justitie zal vluchten. Bovendien handelen de rechters tegen de amnestiewet in, zowel qua inhoud als de inmiddels verstreken termijn om deze toe te passen. Volgens hoogleraar constitutioneel recht Joaquín Urías is de aanhouding van Puigdemont tegen de wet voor amnestie en stellen de rechters zich boven het Congres die de amnestiewet heeft aangenomen. Omdat het OM tegen vervolging van Puigdemont is, lijkt het Spaanse Hooggerechtshof duidelijk politiek gemotiveerd te zijn. Daarnaast is Puigdemont in geheel de Europese Unie een vrij man: België, Duitsland en Italië lieten hem vrij nadat hij was aangehouden op basis van het Spaanse uitleveringsbevel. De Spaanse justitie is aantoonbaar niet compatibel met die van de EU en de andere EU lidstaten.
Terugkeer
Op de ochtend van 8 Augustus, de dag dat het parlementaire debat over de aanstelling van Illa als President zou worden gehouden, verscheen Puigdemont onder de Arc de Triomf, op loopafstand van het Parlament van Catalonië. Hij hield daar een korte toespraak voor een menigte van zo ‘n 3500 a 10500 sympathisanten (volgens respectievelijk de gemeentepolitie van Barcelona en de organisatoren). Op weg naar het Parlament, omringt door zijn partijgenoten en andere vrienden, verdween hij uit het zicht en is sindsdien niet meer gezien. De Catalaanse politie zette ‘operatie kooi’ rondom Barcelona in actie waarbij alle wegen werden afgesloten met controles. De enige keer dat dit eerder gedaan werd, was met de terroristische aanslagen van 17 Augustus 2017. Het geeft te denken dat een gekozen politicus op weg naar het Parlament als een terrorist wordt gezocht wegens een misdaad waar reeds amnestie voor moest worden veleend. Later in de ochtend werd deze politie operatie over geheel Catalonië uitgebreid, inclusief op de grens met Frankrijk. Maar Puigdemont is en blijft tot nog toe onvindbaar. De politie overweegt nu om de voorzitter van zijn partij Junts, Jordi Turull, aan te houden omdat hij justitie tegengewerkt zou hebben. Het debat over de presidentskandidaat Illa werd, nadat Junts dit gevraagd had, tijdelijk opgeschort vanwege de ‘bijzondere situatie’, maar werd later weer hervat. Ook andere politici en afgevaardigden van Junts staan onder verdenking en lopen het risico aangehouden te worden. Inmiddels is een agent van het Catalaanse politiecorps aangehouden omdat de politie vermoedt dat Puigdemont in zijn auto is gevlucht. Daarnaast wordt een auto met nederlands kenteken gezocht die ook bij de vlucht geholpen zou hebben. (Schrijver dezes is in het bezit van een auto met Spaans kenteken ? )
Gevolgen
Indien Puigdemont gearresteerd zou worden, reizen er vele onzekerheden. Of het debat van de aanstelling van Illa zal doorgaan of zal worden uitgesteld, en zo ja voor hoe lang*. Indien het debat niet voor 26 Augustus gehouden wordt, dan verstrijkt de wettelijke termijn dat het Parlament een president kan aanstellen en volgen er nieuwe verkiezingen in Oktober. Ook is onduidelijk wat de reactie van de Junts partij in het Congres van Afgevaardigden zal zijn. Indien zij ieder initiatief van de Spaanse regering van Sánchez zal blokkeren, dan zullen in Spanje vervroegde verkiezingen moeten plaatsvinden. Ook de maandelijkse onderhandelingen tussen Junts en PSOE die in Zwitserland met internationale waarnemers worden gehouden, lopen gevaar. Maar bovenal reist de vraag wat de reactie van het Catalaanse volk zal zijn. Protesten, al dan niet met blokkades, zullen zeker worden gehouden. Met het referendum en de protesten na de veroordelingen van de politici en burgerleiders heeft zij geleerd dat zij een beslissende rol kan en zal spelen in het onafhankelijkheidsproces van Catalonië. (En zeker met een politieke crack als Carles Puigdemont.)
*Het debat heeft bij de eerste stemming geresulteerd tot de aanstelling van Illa als President van Catalonië.