In 2009 werd de Baskische politicus Arnaldo Otegi veroordeeld door het Audiencia Nacional voor tien jaar gevangenisstraf. Hij zou lid zijn van de terroristische beweging ETA. De straf werd door het Spaanse Hooggerechtshof ingekort tot zes-en-een-half jaar omdat hij weliswaar lid van de ETA zou zijn geweest, maar geen leider er van. In Maart 2016 kwam hij weer vrij nadat hij zijn straf had uitgezeten. Otegi ging na zijn veroordeling in beroep bij het Europese Gerechtshof voor de Rechten van de Mens. Gisteren was (eindelijk!) de uitspraak van het Europese Hof en deze zei dat Otegi geen eerlijke rechtspraak had gekregen en dat zijn fundamentele mensenrechten waren geschonden. Zowel het Audiencia Nacional als het Hooggerechtshof waren subjectief in hun oordeel. Een uitspraak die hem weliswaar rehabiliteert, maar hij heeft wel kostbare jaren van zijn (politieke) leven verloren door een partijdig tribunaal.
In al die jaren, en daarna, heeft Otegi hard gewerkt om door middel van onderhandelingen en overtuigen er voor te zorgen dat ETA zichzelf ophief. Hij heeft dus een grote bijdrage geleverd aan het vredesproces in Baskenland en in Spanje. Ondanks de enthousiaste tegenwerking van de Spaanse politiek, met name de Partido Popular, die liever had gezien dat ETA zou blijven voortbestaan, en dat nog steeds graag zou willen. Want een gezamelijke vijand levert nu eenmaal stemmen op. Maar dat terzijde.
Vorige week deed het Spaanse Hooggerechtshof een uitspraak die de beurzen op hun grondvesten deden trillen. Dit Hof had een oordeel geveld dat de banken de belastingen die over de hypotheken geheven worden, zullen moeten worden opgehoest door de banken en niet door de cliënt die de hypotheek afsluit. De maatregel zou bovendien met terugwerkende kracht van vier jaren worden ingevoerd. Dit leverde in eerste instantie natuurlijk grote opluchting op bij de vele burgers die iedere maand aan hun plicht moeten voldoen. Want na drie maanden niet betalen wordt men in dit land zonder pardon op straat gezet omdat een wet uit 1904 dit toelaat en de banken zijn zoals ze overal zijn: on-erbarmelijk. Als gevolg van de uitspraak door het Hooggerechtshof kelderden de aandelen van de banken, alle, echter omlaag als een meteoor. Door de druk van de financiële instellingen draaide ene Carlos Lesmes, voorzitter van dit tribunaal en tevens voorzitter van de Hoge Juridische Raad (het politieke orgaan dat alle rechters in Spanje benoemt), de gerechtelijke uitspraak binnen 24 uur terug met het gemak van een doelpunt dat door een omgekochte scheidsrechter wordt afgekeurd ‘vanwege de grote sociale inpact’. Alsof andere rechtszaken van dit Hof geen ‘grote sociale inpact’ hebben, om te beginnen met negen vreedzame mensen die om niets al een jaar in de gevangenis zitten en een geheel land in haar houdgreep houdt. Afgelopen Maandag 5 November kwam de gehele bestuursraad van het Hooggerechtshof bijeen om een definitieve beslissing te nemen of de bank dan wel de cliënt de belasting moet betalen en met directe ingang of met terugwerkende kracht. De heren kwamen er niet uit. Na acht uren van zwaar vergaderen en zelfs geen lunch genuttigd te hebben, en dat is heel veel in deze regionen, werd de vergadering de volgende dag voortgezet. Nadat de zon reeds achter de horizon verdwenen was viel gisteren uiteindelijk het zware oordeel. In haar wijsheid heeft het Hooggerechshof uiteindelijk besloten dat, oh verassing!, de cliënt de hypotheekbelasting zal moeten betalen. De gerechtelijke uitspraak van het Hooggerechtshof wordt dus niet eens gerespecteerd door ditzelfde Hof en zomaar, zonder een nieuw proces in hoger beroep, afgekocht door een bepaalde branch uit de private sector. Zij het eentje met veel macht. Te veel.
Hiermee is niet alleen aangetoond dat het Spaanse Hooggerechtshof systematisch fundamentele mensenrechten schendt en partijdig oordeelt, maar tevens dat het grote geld prevaleert boven justitie. We zien het proces tegen de Catalaanse leiders vol verwachting tegemoet.